Potentiële tijd

Voor mijn Profielwerkstuk ging ik op zoek naar wat het betekent om een wetenschapper te zijn. Ik deed dit aan de hand van gedachte-experimenten over potentiële tijd.

Er was eens een atoompje. Het atoompje was niet eens zo speciaal, het bevond zich gewoon in een klompje atomen, allemaal van dezelfde soort, en dit klompje bevond zich weer in een lege ruimte. Toch was het atoompje wel een beetje zielig want het bevond zich precies helemaal in het midden van de klomp en alle andere atomen waren ondoorzichtig dus het enige wat het kon zien was de eerstvolgende rij atomen. Het atoompje was dus volledig geïsoleerd van de buitenwereld. In eerste instantie leek deze situatie helemaal niet zo apart. Maar toen begonnen de atomen langzaamaan af te koelen. Ze werden steeds kouder en kouder. De atomen bewogen steeds minder, naarmate de temperatuur dichter bij het absolute nulpunt kwam en toen dat eenmaal zo ver was, stonden ze stil. Echt helemaal stil. Deze situatie was wél best apart omdat er om het atoompje heen nu helemaal niets meer gebeurde. Het atoompje zelf stond stil, alle atomen om het atoompje heen stonden ook volledig stil en het atoompje kon de buitenwereld niet waarnemen. Je zou kunnen zeggen dat er op dit moment, in de omgeving van het atoompje, niets gebeurde.

Mijn Persoonlijk Werkstuk – Het ijskoude atoompje

Mijn conclusie is dus dat iedereen een wetenschapper is en dat ik overal toe in staat ben zo lang ik niet vergeet dat mijn eigen leven uiteindelijk het grootste en belangrijkste onderzoek is. Alle andere dingen dienen slechts als hulpmiddelen om mezelf te ontwikkelen, zodat ik uiteindelijk misschien kan begrijpen waarom ik hier ben. Als ik dan aan het einde van mijn leven nog steeds niet weet wat de reden van het bestaan is, ben ik hopelijk genoeg ontwikkeld om hier vrede mee te hebben.

Mijn Persoonlijk Werkstuk – Conclusie